Hallo Jan,
De Lada doet het uitstekend met de nieuwe koppeling. Voor alle zekerheid toch nog een reserve meegenomen voor mochten we ze in de altai terug doorbranden

Pook is op zijn Russisch gerepareerd. Werkt ok, maar we moeten hem soms nog naar beneden duwen.
Hieronder het verslag, als het ok is, staat er op de site van de waldmannen al een selectie foto's. Ik probeer ze ook nog op picasa te krijgen.
Volgend verslag pas binnen 9 dagen, wanneer ik internet kan vinden in Astana.
Moskou – Omsk
De rustdag in Moskou was vooral een blij weerzien, met de stad waar ik 6 jaar geleden al eens 9 dagen heb doorgebracht. Het is nog steeds een stad waar je je verbazend gemakkelijk kan oriënteren, waar de metro bijzonder efficiënt werkt, en waar er nog steeds veel knappe vrouwen rondlopen. Wel opvallend wanneer je de stad bezoekt zonder museums te doen, erg veel historische gebouwen staan er niet meer recht in het centrum. Je kan de highlights van de stad makkelijk op een halve dag te voet bezichtigen. Met dank aan Stalin en de communistische leiders na hem die de historische stad een paar keer door de vijfjaarplannen hebben gehaald.
Ondanks de gigantische ringwegen en de zesvaksbanen die de communisten door de stad hebben gesloopt, blijft autorijden in Moskou compleet gekkenwerk. Op maat gesneden voor de Russen die auto rijden alsof hun leven er van afhangt. Rechts inhalen is regel, snelheidslimieten bestaan alleen als er een post van de verkeerspolitie in de buurt staat, en op tweevaksbanen passen er perfect 3 auto's naast elkaar. Of de Russen zijn waanzinnig goede chauffeurs, of de heiligenicoonen die ze in hun auto hebben hangen werken echt. (of alle kruisjes die langs de snelweg staan zijn maar het topje van de ijsberg.)
Moskou uitrijden was overigens lastiger dan Moskou inrijden met een verbrandde koppeling. Zelfs op de verste ringweg rond Moskou stond het verkeer vooral in file. We hebben een behoorlijk strak reisschema, waardoor we het ons niet kunnen permitteren om veel achter te geraken op de planning. Het was dan ook al nacht wanneer we in Nizhny Novgorod op zoek moesten naar een wildkampeerplaats. Niet evident in een stad van meer dan een miljoen, en na een paar keer heen en weer gereden te hebben in de stad, besloten we toch maar weer een hotel te nemen. Een hotel met een opmerkelijke inrichting. In elk ander land zou je denken dat de roze neon, de luipaardmotiefjes, de grote spiegels wezen op een rendez-vous hotel, maar dit is Rusland, dus helemaal zeker zijn we niet.
De dag nadien raken we eindelijk weg uit de files rond Moskou en Nizhny Novgorod, en maken we kilometers op Russische snelwegen, die in een veel betere staat zijn dan de wegen tussen de Letse grens en Moskou. (of we raken gewend aan de Russische snelwegen). Omdat het goed opschiet, beslissen we enkele kilometers voor ons eindpunt van de dag te gaan kamperen tussen de ruïnes van een oude sovjet boerderij. De meest opmerkelijke plaats waar ik ooit gekampeerd heb. Je wilt niet raden naar wat Russen allemaal uitspoken in een oude kolchoz, Tussen de ingestorte schuren liggen er jachtpatronen uit een jachtpatroon, meerdere condooms en zelfs een dode, in plastiek verpakte geit. Het wordt een geweldige avond, met een barbecue rond het kampvuur waarbij Wijnand zich ontpopt als animator.
De dag nadien hebben we de mooiste rit van de reis tot nu toe. Tot Kazan hebben we nog snelweg, daarna gaan we binnendoor op secundaire wegen. Kazan was de hoofdstad van een middeleeuwse Mongolen rijk, en we krijgen hier al een voorsmaakje van Azië. Meer moskeeën dan orthodoxe kerkjes en ook de bevolking heeft nog steeds Aziatische trekken. Eens we de hoofdweg afrijden, wordt het wel duidelijk dat de Russische bewegwijzering verre van ideaal is. We rijden meer dan eens mis, waardoor we hopeloos beginnen achterlopen op schema. Geen ramp, want door het tragere tempo kunnen we meer genieten van het land waar we door dwalen. We rijden ook over enkele kilometers onverharde wegen, wat zelfs met een daktent bovenop de Lada puur plezier is. Einddoel Sarapul halen we helemaal niet, we gaan weer wildkamperen. We zitten nu in diep in de Oeral die qua bergketen niet veel voorstelt, maar qua landschap des te meer.
Op 9 mei vieren de Russen de overwinning op nazi Duitsland, en we hadden gehoopt om op het einde van de rit de Oeral door te zijn, om in Jekaterinaburg nog een beetje de festiviteiten mee te maken. Feestvieren begint in Rusland met optochten, en de omleidingen daarvoor zorgen er samen met de onbestaande bewegwijzering voor dat er van het plan om kilometers in te halen, niks in huis komt. 's Ochtends sprongen de Russen nog spontaan in hun wagen om de weg voor te rijden rond de parades heen, na een dagje vieren zijn alle russen die we tegen komen stom dronken en kunnen we helemaal niks meer opmaken uit hun route aanduidingen. De rit is wel weer uitzonderlijk mooi. Het landschap in de Oeral wisselt constant van Zachte heuvels tot lagere bergen. We reiden van dorpje naar dorpje, en een heel stuk op onverharde wegen. Tankstations en hotels zijn nergens te vinden. Uiteindelijk geven we het op, en slaan we onze (dak) tenten op, ergens in het midden van niks.
Derde nacht wildkamperen, en een tijdsprong van 2 uur beginnen wel in de kleren te kruipen. En we lopen nog steeds achter op schema. Maar de rit naar Tuymen schiet goed op. Rond 3u s middags rijden we door jekaterinaburg, en zijn we Europa uit en Azië binnen. De eerste mijlpaal van de reis ligt achter ons. Siberië voor ons. Het landschap verandert van heuvelachtig naar vlak en uitgestrekt, en zo groen als de Oeral was, zo dor lijkt Siberië. Hier is de lente nog maar net begonnen. Erg Aziatisch voelt Siberië niet aan, de inwoners zijn hier bijna allemaal afstammelingen van gemigreerde Russen. We komen voor één keer met daglicht aan op onze bestemming. De lonely plannet waarschuwt dat je in Tuymen enkel kan overnachten wanneer je geboekt hebt via het officiële reisbureau, maar met de hulp van een erg charmant dienstertje uit een Duitse biertent, kunnen we overnachten in een behoorlijk luxueus hotel. De warme douche deed deugd.
Dag elf rijden we in één ruk van Tuymen naar Omsk, een oude militaire stad, die tot in de jaren 90 verboden was voor buitenlanders. Het is altijd rechtdoor op een Russische snelweg. 620 km lang verandert het landschap nauwelijks. Zo divers als de Oeral is, zo eentonig is Siberië. Vlak en ruw, berkenbossen die kale weilanden afwisselen, met hier en daar een dorpje er tussen dat uit maar een paar schots en scheve huisjes bestaat. De Siberische boeren hebben een goedkoop en zonder twijfel efficiënt middel om hun akkers onkruid vrij te krijgen. Ze branden ze af. En dus moeten tijdens de rit nu en dan de ruitjes van de Lada dicht omdat de snelweg gehuld is in een dikke stinkende brandlucht.
In Omsk zitten we alweer een tijdzone verder. De vijfde en laatste van de rit. We komen voor het donker toe aan ons hotel. En gaan een beetje als kippen zonder kop op zoek naar eten. Uiteindelijk vallen we een plaatselijke club binnen waar ze ook eten serveren, maar vooral karaoke zingen. De taalbarrière is hier om de een of andere reden nog groter dan elders in Rusland, maar uiteindelijk denken we dat we de ober hebben kunnen uitleggen dat we iets met kip willen. Helaas. Blijkbaar bestelden we én vis, én kip én rund. En salada en frieten en bier. We kunnen er mee lachen.
Op de twaalfde dag rusten de bolides. Van het plan om ze op te kuisen komt wel niets in huis. We trekken Omsk in. Een beetje bizarre stad, waarbij het soms lijkt alsof de communistische stadsplanners hier en daar een plekje zijn vergeten. Je hebt hier scheve houten blokhutjes die naast statige herenhuizen staan, tussen de sovjet blokken. Morgen rijden we verder Siberie in. Op naar het Altai gebergte.
Jan Bockaert